Kankerbehandelingen

Patiënten kunnen in het daghospitaal terecht voor hun oncologische behandeling. Onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende soorten kankerbehandelingen.

Immunotherapie

Immunotherapie is een behandeling die het immuunsysteem stimuleert om kankercellen aan te vallen. Hierdoor worden kankercellen herkend als vreemde cellen, zoals bij bacteriën en virussen. Vervolgens ‘ruimt’ het immuunsysteem de kankercellen ‘op’. De focus van de behandeling ligt niet op een rechtstreekse inwerking op de tumor zoals bij targeted (of gerichte) therapie, maar op het immuunsysteem zelf.

Immunotherapie wordt geassocieerd met nevenwerkingen als gevolg van de verhoogde activiteit van het immuunsysteem (immuungerelateerde nevenwerkingen). Sommige ongewenste effecten zijn het gevolg van een aantasting van cellen die zich snel delen, maar in mindere mate ter hoogte van het beenmerg.  Mogelijke nevenwerkingen van immunotherapie zijn huiduitslag, diarree door ontsteking van het maagdarmslijmvlies, hyper- of hypothyreoïdie (schildklieractiviteit), hepatitis, nefritis en pneumonitis.

Voor meer informatie over nevenwerkingen kan je je wenden tot je arts of verpleegkundige. Daarnaast vind je in de informatiebrochures voor patiënten nuttige informatie terug.

Immunotherapie is een benadering waarbij antilichamen de mechanismen inhiberen die tumorcellen toelaten te ontsnappen aan een immuunrespons. Immunotherapie is ook een vorm van doelgerichte therapie omdat gebruik gemaakt wordt van zogenaamde ‘checkpoint-remmers’. Deze medicijnen gaan het eigen immuunsysteem activeren waardoor je eigen lichaam beter vecht tegen kwaadaardige cellen.